Projectleider Tom over vertrouwen tussen logistieke sector en politie
Hoe kunnen we criminele misdaad in de logistieke sector tegengaan? Sinds 2020 helpt het programma Transport Facilitated Organized Crime (TFOC) chauffeurs, ondernemers en andere belangrijke organisaties. Kernlid Tom Torensma van de politie vertelt hoe dat in zijn werk gaat.
Waarom heeft de transportsector zo veel last van georganiseerde misdaad?
“Eigenlijk is het simpel: elke crimineel heeft transport nodig. Of het nu om drugs, geld of wapens gaat. Om veel of weinig. Het moet allemaal van A naar B. Vrachtwagenchauffeurs kunnen daarbij helpen. Soms doen ze dat onbewust, en verstopt een crimineel iets in hun lading.”
“Soms werken ze ook bewust mee aan criminele activiteiten. Dan worden ze bijvoorbeeld betaald om illegale producten van A naar B te brengen. Ook dan is het niet altijd vrijwillig: misschien heeft een chauffeur te maken met schulden. Of wordt hij bedreigd. Nee zeggen, kan dan heel moeilijk zijn.”
Wat doen jullie tegen dit soort ondermijning?
“TFOC is een samenwerking tussen onder andere de politie, de Douane, de Koninklijke Marechaussee en vertegenwoordigers van de sector. We willen het criminelen zo moeilijk mogelijk maken. Bijvoorbeeld met controles bij bedrijven en in de haven. Maar ook door preventieve maatregelen, zoals het delen van informatie over hoe criminelen werken. Ook via het Platform Veilig Ondernemen (PVO) helpen we ondernemers om criminaliteit in hun bedrijf te voorkomen.”
“Het is heel belangrijk dat chauffeurs signalen delen. Als ze niet bij het laden aanwezig mogen zijn. Klanten die alleen contant willen betalen of geen website hebben. Rare locaties om te laden of lossen, vreemde mensen die daar rondlopen. Chauffeurs merken dit elke dag. We hebben hun blik nodig.”
Iets verdachts durven melden, vraagt om vertrouwen. Hoe zorgen jullie daarvoor?
“We proberen op verschillende manieren in contact te komen met chauffeurs en ondernemers. We geven voorlichting bij bedrijven, maar gaan bijvoorbeeld ook regelmatig koffiedrinken met chauffeurs bij truckersrestaurants en rustplaatsen. Tijdens die gesprekken maken we duidelijk dat zij van waarde zijn voor criminelen. ‘Ze hebben jou nodig.’ Maar vooral ook luisteren we naar de ervaringen van chauffeurs en ondernemers.”
“In die gesprekken gaat het ook over hun eigen veiligheid. Ik herinner me dat ik op het kantoor van een transportondernemer zat. In het pand ernaast zat een bedrijfje dat op papier alleen mineraalwater verkocht. En waar steeds vreemde mensen in en uit liepen. Dat is echt een signaal dat je als politie zou willen horen. Maar er kunnen ook zware criminelen bij betrokken zijn - en ik weet nog dat aan de muur van die ondernemer een foto van zijn dochters hing. Logisch dat je twee keer nadenkt of je zo’n verdachte situatie dan meldt.”
Hoe praat je daarover met chauffeurs en ondernemers?
“We hebben bijvoorbeeld een serious game gemaakt, waarin je voorbeelden van misdaad ontdekt. En zijn actief op evenementen als het Truckstar festival in Assen. Eerst zie je chauffeurs afwachtend kijken: wat doe die agent hier nou? Maar als er eenmaal één begint te vertellen over zijn ervaringen met onveilige situaties, volgen er meer.”
“Hetzelfde gebeurt als we ondernemers spreken. Eerst horen we dat ze geen last hebben van criminaliteit. Maar als je doorvraagt, komen de voorbeelden. Soms zijn mensen ook boos. ‘Tien jaar geleden hadden we jullie nodig en waren jullie er niet. En nu moeten we jullie ineens helpen’. We luisteren dan goed. We houden melders nu beter op de hoogte. Als ondernemers ons vertrouwen, doen ze eerder een melding.”
“Het niet niks, als je bijvoorbeeld te maken krijgt met een pistool tegen je hoofd. Ook als het al is gebeurd, willen we dat graag weten. Zodat we informatie kunnen delen met buitenlandse collega’s. Maar ook zodat de wijkagent op de hoogte is. Wijkagenten zijn goed in het onderhouden van relaties. En kunnen ondernemers laten voelen dat zij er niet alleen voor staan.”